Ik zit midden in een overleg met een collega wanneer mijn telefoon gaat. Het is de tune van het programma ‘twee voor twaalf’, oftewel mijn alarm. Mijn ‘twee-voor-twaalf-alarm’ zet ik altijd als de tijd dringt. Als ik iets écht niet moet vergeten. En nu is het dus zo ver.
Snel ontgrendel ik mijn telefoon en zie mijn opdracht in het beeld verschijnen: VANAF 13.00u INSCHRIJVEN 10 MINUTEN GESPREKKEN!! Vluchtig pak ik mijn handgeschreven briefje met favoriete tijden. Mijn vriend en ik hebben al twee gesprekken gepland staan op school en het zou natuurlijk mooi zijn als ik een tijdslot kan bemachtigen dat rond de andere gesprekken ligt.
Ik open de schoolapp om 13.01u en geef mezelf een schouderklopje: netjes gedaan Bertens. Boeken die handel! Tot mijn verbazing zie ik dat er al zeventien (!) tijdsloten geboekt zijn. En dat mijn favoriete tijden natuurlijk al vol zitten. Hoe kán dit? Eén minuut geleden is de kalender pas opengezet. Zijn die andere ouders vergroeid met hun telefoon? Hebben ze een digitale ‘shortcut’ gevonden? Hebben ze de leerkracht omgekocht?

Met tegenzin druk ik op de optie van 20.00u. Dat is maar liefst anderhalf uur ná mijn andere schoolgesprek. Misschien hebben ze op school nog een leuk klusje voor me liggen om de tijd tussen de gesprekken te doden. Kan ik even de gangen dweilen. Of de items uit de ‘gevonden-voorwerpen-bak’ op alfabetische volgorde leggen (serieus, ik zag laatst een schoen in die bak liggen. Een schoén. Wie gaat er nu op één schoen naar huis? Mocht je diegene aantreffen, zeg dan dat hij of zij de schoen kan vinden bij de letter s. Van schoen. En van sukkel. Maar dat terzijde).
Misschien gebruik ik de tijd tussen de gesprekken om te filosoferen over het ouderschap. En over het feit dat je, vaak tegen wil en dank, zo opgejaagd wordt. Had ik om 13.03u op mijn telefoon gekeken, dan waren alleen de ‘excessen’ nog beschikbaar: ergens rond etenstijd of het allerlaatste blok. Meestal maak ik me niet druk, laat ik me niet opjagen en boek ik de allerlaatste sessie van de dag. Dat is een win-winsituatie. Want 10 minuten zijn kort. En ik (meestal) niet.
Altijd wanneer er inschrijflijstjes zijn, trek ik aan het kortste eind. Dan zijn alle opties met knakworstjes al aangevinkt op de lijst voor het kerstdiner op school. Dan zijn alle mogelijkheden voor de kapper, tandarts en het consultatiebureau al vergeven. Dan zijn de logische locaties voor kinderfeestjes al volgeboekt.
Er zijn twee opties: óf ik moet beter plannen. En vooral éérder plannen. Óf ik moet genoegen nemen met het restant. ‘Dat wat er overblijft’. En dat laatste voelt eigenlijk wel prima. Want optie 1 kost (naast je gezin, relatie en werk) zoveel energie en planwerk. Het is haast onmogelijk om telkens nóg sneller dan de rest te zijn.
Achterover leunen en zien wat er gebeurt dus.
Ik ben bang dat we deze zomervakantie op een camping hier 2 kilometer verderop bivakkeren voor €3000,- per week…
Lang leve de restanten.
Comments